Op welke momenten inzetten
De solo apparatuur kan op verschillende momenten binnen school worden ingezet. Tijdens de vaklessen, m.u.v. gym, wordt de apparatuur gewoon gedragen. Er is een uitgebreid
overzicht (.doc) van momenten waarop de apparatuur wel of niet gedragen wordt.
Bij het gebruik van solo apparatuur binnen het kleuteronderwijs, wordt de solo gedragen tijdens
kringmomenten, auditieve voorwaarden training, liedjes zingen en voorlezen. Tijdens buiten spelen en vrij spelen wordt ervoor gekozen de apparatuur uit te zetten (microfoon op "mute") of niet te dragen. Zeker wanneer kinderen veel bewegen en spelen, verdient het de voorkeur de apparatuur af te doen, zodat deze niet kapot gaat of kwijt raakt.
Vanaf groep 3 wordt de apparatuur gedragen tijdens onder andere instructiemomenten, kringmomenten, voorlezen en zingen. Tijdens zelfstandig werken en buiten spelen wordt ervoor gekozen de apparatuur uit te zetten of niet te dragen.
Voor individuele therapieën, zoals RT, logopedie of leesbegeleiding, biedt solo apparatuur meestal geen meerwaarde. De één op één situatie in een rustige, akoestisch goede ruimte, zorgt meestal al voor een optimaal spraakverstaan bij de leerlingen. In specifieke gevallen kan ervoor gekozen worden om een leerling in deze situaties toch solo apparatuur te laten dragen.
Wanneer de solo korte tijd uit moet (bijv. wanneer de leerkracht even een ander kind helpt, of overlegt met een collega), wordt de microfoon op "mute" gezet. Wanneer de zender langer dan een kwartier niet gebruikt gaat worden, kan deze het beste worden uitgezet. De kinderen doen hun ontvangers dan ook uit en leggen ze in de bewaarbak.