een kind met hoortoestellen en solo apparatuur
Wanneer een kind met hoortoestellen solo apparatuur draagt, kan de werking eenvoudig worden gecontroleerd door mee te luisteren met de staetoclip/luistervink. Het hoortoestel met ontvanger wordt aan de staetoclip gehangen. De leerkracht hangt de zender om, en de logopedist luistert of de solo apparatuur inderdaad werkt. Dit kan eenvoudig gecontroleerd worden door op de microfoon van de zender te tikken. Wanneer dit getik gehoord wordt via de solo, werkt de apparatuur (zowel zender als ontvanger).
een kind met CI en solo apparatuur
Er kan meegeluisterd worden of het signaal binnenkomt bij de CI, met behulp van de meeluisterkabeltjes. Deze kabeltjes zijn per merk en type CI verschillend. Ook hier werkt het bij de controle goed om op de microfoon van de zender te tikken. Dit moet gehoord worden via de ontvanger.
De logopedisten of technische ondersteuning binnen de school kunnen helpen bij het meeluisteren naar de apparatuur en met het beoordelen van de werking van de apparatuur.